De zon die scheen, de lucht was blauw
Het leek alsof het eeuwig duren zou
Kruiste de regen eens ons pad
Stoorde het niet, we werden enkel nat
We wisten veel
Maar we wisten niets
We dachten en we lachten
De toekomst lag nog zover af
Toen, toen of nooit
We leefden erop los
Gingen door
We waren spits en iedereen voor
We wisten veel
Maar we wisten niets
We waren schitterend, onbeduidend
We waren af en toe volmaakt
Refrein:
M'n vrienden en ik
Uur na uur dag na dag
Stonden te wachten op
Een trein die toch nooit kwam
Weg, ze zijn weg
Gingen er vandoor
Gaven op
De één ging dood
De ander haalde de top
Ik mis ze niet
Nee, ik mis ze niet
Ellende, kleine zorgen
Maar vooral veel vals verdriet
Refrein
Na twintig jaar
Sta ik daar nog altijd
'k Sta te wachten op
Een trein die toch nooit komt
Zelfs na twintig jaar
Sta ik daar nog altijd
'k Sta te wachten op
Een trein die toch nooit komt
Maar ik wacht en ik wacht...